Je hebt gezien dat de functie van de invoer een geheel getal probeert te maken. Je gaat die functie hier toepassen op verschillende invoeren.

We zullen hier eens opnieuw kijken naar de speciale gevallen van het omzetten van een float naar een integer. Herinner je nog dat als uitkomst het geheel getal 5 geeft (in plaats van het kommagetal 5.2).



Opdracht

  1. Maak een variabele a aan die een float opslaat met een waarde die je zelf goed moet kiezen (zie stap 2). Je mag echter NIET exact dezelfde waarde kiezen als die bij b verwacht wordt (zie het voorbeeld hierboven nog eens).
  2. Maak een variabele b aan die de waarde van a omgezet naar een geheel getal opslaat. Zorg dat de waarde van b uitkomt op 11. Kies de waarde van a dus correct.