De Lijn heeft een fijnmazig netwerk in Gent. Maar liefst 28 buslijnen verbinden elk deel van de stad met elkaar. Je kan dit busnetwerk voorstellen in een dictionary van de vorm <buslijn>:<haltes>
.
Hieronder vind je een voorbeeld van deze dataset:
de_lijn = {"40": ["Zuid", "Vijfwindgatenstraat", "Sint-Lievenspoort"],
"79": ["Spanjeveerbrug", "Herpelinckstraat", "Kapelledreef", "Arcelor Mittal"],
"41": ["Zuid", "Vijfwindgatenstraat", "Sint-Lievenspoort"],
"16": ["Zuid", "Kapucijnenham", "Reep", "Van Eyckstraat", "Puinstraat", "Lousbergsbrug", "Lousbergskaai", "Zalmstraat", "Minneplein"],
"42": ["Zuid", "Vijfwindgatenstraat", "Sint-Lievenspoort"],
...}
Welke haltes zijn de drukste haltes? In het bovenstaande voorbeeld zie je al dat er minstens 4 buslijnen (40, 41, 16 en 42) stoppen aan het Zuid.
Schrijf een functie drukte_haltes(busnetwerk)
dat gegeven een busnetwerk van bovenstaande vorm per halte het aantal lijnen dat er stopt bepaalt. Dit wordt weergeven als dictionary van de vorm <halte>:<aantal>
.
Bestudeer grondig onderstaand voorbeeld:
>>> drukte_haltes({"40": ["Zuid", "Vijfwindgatenstraat", "Sint-Lievenspoort"],
"79": ["Spanjeveerbrug", "Herpelinckstraat", "Kapelledreef", "Arcelor Mittal"],
"41": ["Zuid", "Vijfwindgatenstraat", "Sint-Lievenspoort"],
"16": ["Zuid", "Kapucijnenham", "Reep", "Van Eyckstraat", "Puinstraat", "Lousbergsbrug", "Lousbergskaai", "Zalmstraat", "Minneplein"],
"42": ["Zuid", "Vijfwindgatenstraat", "Sint-Lievenspoort"],
...})
{"Zuid": 15,
"Vijfwindgatenstraat": 10,
"Sint-Lievenspoort": 4,
...}