Opgave

Een wachtwoord wordt veilig genoemd als het aan de volgende criteria voldoet:

Schrijf een programma dat aan de gebruiker een wachtwoord vraagt. Het programma geeft als uitvoer veilig als het aan elk van deze drie voorwaarden voldoet. Als er aan minstens één voorwaarde niet voldaan is, geeft het programma als uitvoer onveilig.

Voorbeeld

Invoer:

Geef het wachtwoord: .5x-#zH_Pta!

Uitvoer:

veilig