Ook getallen zijn onmisbaar voor een programmeur. In het vorige hoofdstuk hebben we al een aantal voorbeelden gezien waarin we getallen gebruikten voor optelling in onze computerprogramma’s.
👀 Voorbeeld - Som
Dit programma telt twee vooraf bepaalde getallen op en toont het resultaat.
# Definieer de getallen op om te tellen x = 5 y = 20 # Voer de berekening uit som = x + y # Toon het resultaat print(som)
Een geheel getal noemen we in het jargon een integer. Dit kan zowel een positief als negatief getal zijn.
❗ Begrip - int
Het type
integer
(vaak afgekort alsint
) is een type dat een geheel getal voorstelt. Gehele getallen kunnen positief, negatief of nul zijn.
🧐 Wist je dat
… het woord computer afgeleid is van het Engelstalige woord ‘to compute’, wat berekenen betekent. De eerste computers waren mensen die lange en complexe wiskundige berekeningen uitvoerden. Later kwamen er grote, mechanische rekenmachines. Maar ook je huidige computer is eigenlijk niets meer dan een razendsnelle, programmeerbare rekenmachine.
Je kan de meestvoorkomende wiskundige bewerkingen zoals optelling en vermenigvuldiging uitvoeren in Python.
👀 Voorbeeld - Wiskunde
De volgende code toont het resultaat van verschillende wiskundige bewerkingen.
# Optellen (+) print('24+4 geeft', 24+4) # Aftrekken (-) print('24-4 geeft', 24-4) # Vermenigvuldigen (*) print('24*4 geeft', 24*4) # Tot een macht verheffen (**) print('24**4 geeft', 24**4) # Delen (/) print('24/4 geeft', 24/4)
Probeer deze code eens uit in de sandbox.
💻 Programmeeroefening - Bewerkingen
Schrijf een stuk code dat twee getallen
- met elkaar vermenigvuldigt (x × y).
- van elkaar aftrekt (x - y).
- tot de macht verheft (xy).
- door elkaar deelt (x ÷ y).
Kopieer het stuk code dat hieronder staat en plak het in de editor onderaan deze pagina. Pas de code aan zoals gevraagd, daarna kan je indienen door op de rode pijl te klikken.
x = 5 y = 6 # vervang 0 in de onderstaande regels door de juiste berekening. product = 0 verschil = 0 machtsverheffing = 0 deling = 0 print('Het product van', x, 'en', y, 'is', product) print('Het verschil van', x, 'en', y, 'is', verschil) print('De verheffing van', x, 'tot de macht', y, 'is', machtsverheffing) print('De deling van', x, 'door', y, 'is', deling)