Fluvius houdt het vermogen en het aantal lokale productie-installaties bij per gemeente en publiceert deze data op het open data portaal1.
Via onderstaande code kan je deze gegevens ophalen
# Importeert de data van Fluvius
data <- read.csv2("https://data.opendatasoft.com/api/explore/v2.1/catalog/datasets/1_33-lp-open-data-fluvius@fluvius/exports/csv",
sep = ";",
colClasses = c("NULL", rep("character", 3), "numeric", "character") )
colnames(data) <- c("netbeheerder", "gemeente", "technologie", "aantal", "vermogen")
data <- data[data$netbeheerder != "Niet toegewezen" & data$gemeente != "Niet toegewezen",]
data$vermogen <- as.numeric(data$vermogen)
rownames(data) <- seq_len(nrow(data))
Het resultaat is onderstaande dataframe. Hier merken we bijvoorbeeld dat er in Antwerpen 20 061 installaties van zonnepanelen zijn, met een totaal vermogen van 141367.1 kVA (kilo voltampère). Door deze getallen te delen delen kan je besluiten dat elke lokale productie in Antwerpen een vermogen van ongeveer 7,05 kVA heeft.
netbeheerder gemeente technologie aantal vermogen
1 FLUVIUS ANTWERPEN AARTSELAAR BRANDSTOFCEL 5 15.5
2 FLUVIUS ANTWERPEN ANTWERPEN NOODGROEP TYPE2 2 940.0
3 FLUVIUS ANTWERPEN ANTWERPEN WINDENERGIE 25 107150.0
4 FLUVIUS ANTWERPEN ANTWERPEN WKK BIOMASSA/BIOGAS 2 13232.0
5 FLUVIUS ANTWERPEN ANTWERPEN ZONNE-ENERGIE 20061 141367.1
6 FLUVIUS ANTWERPEN BORSBEEK WKK AARDGAS 2 3120.0
Is er een groot verschil tussen deze gemiddelde vermogens per netbeheerder? Of met andere woorden, plaatst men in de provincie Antwerpen (waar vooral Fluvius Antwerpen actief is) gemiddeld gesproken meer zonnenpanelen per installatie?
gemiddeld_vermogen
waar je voor alle technologieën het gemiddeld vermogen per individuele installatie berekent. Rond dit af op 2 cijfers na de komma.zon
waar je enkel de installaties met zonne-energie in opslaat.par(mar=c(13,4,4,4))
om extra ruimte te creëren onderaan de grafiek. Kies zelf voor een andere kleur voor de grafiek.Ter info
In Gent is IMEWO de distributienetbeheerder.