In de statistiek zijn staafdiagrammen een van de meest intuïtieve en meest gebruikte visuele hulpmiddelen. Staafdiagrammen geven categorische gegevens weer met rechthoekige balken, waarbij de lengte van elke balk overeenkomt met het aantal of aandeel van die categorie. Hun eenvoud biedt een snelle blik op de verdeling en vergelijking van verschillende categorieën, waardoor ze zeer geliefd zijn voor verschillende rapporten en presentaties.
In R kunnen staafdiagrammen snel worden gemaakt met behulp van het grafische basispakket. De belangrijkste functie hiervoor is barplot()
. De syntaxis van deze functie is de volgende:
soorten <- c("goudvis", "koi", "snoek", "haai")
aantallen <- c(10, 15, 5, 7)
barplot(aantallen, main="Observaties Zoetwateronderzoek", xlab="Soorten Vis", ylab="Aantal / Frequentie", names.arg=soorten, col="blue", border="black")
We zoomen in op de verschillende elementen van de syntaxis:
variabele
waarin we, via een vector
de verschillende soorten (namen) hebben opgeslagen;variable
waarin we, via een vector
het aantal per soort hebben opgeslagen;parameter
geeft weer wat we in een grafiek willen gieten;parameter
bepaalt de titel die bovenaan onze grafiek verschijnt;parameter
bepaalt het label van de x-as van onze grafiek;parameter
bepaalt het label van de y-as van onze grafiek;parameter
bepaalt de namen die onder elke staaf op de x-as moeten worden uitgezet. In de context van een staafdiagram zijn dit de labels voor elke individuele staaf.Samengevat
In een notendop zijn staafdiagrammen onmisbare hulpmiddelen in de statistiek, omdat ze duidelijke visuele vergelijkingen tussen categorieën bieden. R, met zijn ingebouwde functies en aanvullende pakketten, maakt het maken van deze visualisaties zowel efficiënt als aanpasbaar, en is geschikt voor zowel beginners als gevorderden.