In het leerpad heb je al een aantal ingebouwde functies gezien die je kan toepassen op een string. Neem als voorbeeld de list punten = [5, 6, 10, 9].

Bijkomend is het handig te weten dat de volgende functies ook bestaan:

Naast ingebouwde functies, bestaan er ook list-methoden. Je roept ze zoals bij strings op met de puntnotatie. Neem als voorbeeld de list punten = [5, 6, 10, 9]

methode Beschrijving Voorbeeld punten
append(e) Voegt een element e toe aan de list punten.append(8) [5, 6, 10, 9, 8]
insert(i,e) Voegt een element e tussen in de list op index i punten.insert(2, 7) [5, 6, 7, 10, 9]
remove(e) Verwijdert het eerste voorkomen van een element uit de list punten.remove(6) [5, 10, 9]
index(e) Geeft de index van het eerste voorkomen van een element e in de list terug punten.index(9) 2
count(e) Telt het aantal voorkomens van een element e in de list punten.count(3) 0
sort() Sorteert de list van klein naar groot of alfabetisch punten.sort() [5, 6, 9, 10]
reverse() Keert de volgorde van de elementen in een list om punten.reverse() [9, 10, 6, 5]


Bijzonder methoden

pop()

De methode pop() doet twee dingen:

Is punten = [5, 6, 10, 9] dan geeft punten.pop(1) het element 6 terug. De list punten is nu [5, 10, 9]

split()

De methode split() is een string-methode die een list teruggeeft. Met deze methode kan je een string splitsen in een substring. De substrings worden dan elementen van een list.

join()

De methode join() is een string-methode die een list als argument vraagt. De methode geeft een string terug. De werking is omgekeerd als deze van join():