Lees een bedrag in (als een geheel getal) en bepaal met behulp van de computer het maximale aantal briefjes van 5 en het aantal muntstukken van 1 euro zodat deze samen het bedrag vormen.
Het bedrag als geheel getal.
Het aantal biljetten van 5 euro en het aantal muntstukken van 1 euro.
Invoer
77
Uitvoer
Aantal biljetten van 5 euro: 15
Aantal muntstukken van 1 euro: 2
Invoer
40
Uitvoer
Aantal biljetten van 5 euro: 8
Aantal muntstukken van 1 euro: 0