Oefening 4

Ontwerp een eenvoudige rekenmachine. Geef twee gehele getallen in en typ nadien de bewerking in. Toon het resultaat op het scherm. Indien de gebruiker een foute bewerking of een getal ingeeft bij je derde vraag dan geef je de volgend print: Je gaf een foute bewerking in. Bij de deling rond je resultaat af op 2 cijfers na de komma.

Invoer

2 getallen en de bewerking

Uitvoer

het resultaat van de bewerking

Voorbeeld 1

Invoer

3
5
+

Uitvoer

3 + 5 = 8

Voorbeeld 2

Invoer

2
4
*

Uitvoer

2 * 4 = 8

Voorbeeld 3

Invoer

7
6
2

Uitvoer

Je gaf een foute bewerking in.