Zet een hoek uitgedrukt in graden, minuten en seconden om naar dezelfde hoek uitgedrukt in radialen. Merk op dat een hoek van \(\pi\) radialen overeenkomt met een hoek van 180 graden. De waarde van \(\pi\) haal je op uit de module math. Zoek dit op in de API1.
De grootte van een hoek uitgedrukt in graden (\(g\)), minuten (\(m\)) en seconden (\(s\)) worden ingegeven op drie aparte regels. Je mag veronderstellen dat enkel natuurlijke getallen ingegeven worden en dat \(0<=g<360\), \(0<=m<60\) en \(0<=s<60\).
De grootte van dezelfde hoek uitgedrukt in radialen. Print het resultaat uit met 6 decimalen. Gebruik hierbij (zie Print-tips2):
print(f"{hoek:.6f}")
Bij inlezen geef je de getallen: 39 45 7 op aparte lijnen
>>> main()
0.693802
main().>>> ) gebruikt voor de aanroep van main(). De uitvoer van het programma staat op de volgende lijn tegen de linkerkantlijn.math. Je kan dit opzoeken in de API.