Op een limonade standje wordt voor een glaasje vers geperst limonadesap €5 gevraagd. Klanten schuiven aan en kopen één per één telkens een glaasje limonadesap. Ze betalen telkens met €5, €10 of een briefje van €20.
Je start met een kassa van €0 en kan maar teruggeven indien je reeds genoeg wisseldgeld hebt verzameld van voorbije klanten.
Schrijf een functie wisselgeld_mogelijk(biljetten)
dat gegeven een lijst met de biljetten van de klanten bepaalt of het mogelijk is dat elke klant het correcte wisseldgeld kreeg. Je retourneert True
indien dit kan en False
indien het niet lukt.
Bestudeer grondig onderstaande voorbeelden.
>>> wisselgeld_mogelijk([5, 5, 5, 10, 20])
True
De eerste drie klanten zorgen ervoor dat er drie biljetten van €5 in de kassa liggen. Voor de vierde klant kan je dus €5 teruggeven en ontvang je een biljet van €10. De laatste klant kan een biljet van €10 en van €5 terugkrijgen. Alle klanten krijgen dus het correcte wisselgeld.
>>> wisselgeld_mogelijk([5, 5, 10, 10, 20])
False
De klanten die met €10 betaalden kregen telkens €5 wisselgeld. De kassa bevat dan twee biljetten van €10, hiermee kan je de laatste klant niet van het correcte wisselgeld voorzien.