Een cilinder is een meetkundig lichaam met een cirkelvormig grondvlak en evenwijdig aan het grondvlak overal dezelfde cirkelvormige doorsnede met alle middelpunten op een rechte, de as.
Schrijf een programma dat in volgorde de straal en de hoogte inleest en nadien de oppervlakte en het volume uitrekent. Je rondt hierbij af op 3 cijfers na de komma.
Indien r = 3.57
en h = 6.21
dan verschijnt er:
Oppervlakte: 219.375 cm².
Volume: 248.644 cm³.
Tip
Het volume bereken je via V = Agrondvlak · h.