De tijd vliegt snel, gebruik hem wel…

Opgave

Schrijf een programma dat aan de gebruiker twee tijdstippen vraagt en vervolgens berekent hoeveel tijd er voorbij ging.

Vraag aan de gebruiker dus vier getallen, het aantal uur en aantal minuten van het eerste tijdstip. En daarna het aantal uur en het aantal minuten van het tweede tijdstip. Je mag ervan uitgaan dat het tweede tijdstip steeds later was dan het eerste maar mogelijks op een nieuwe dag

Voorbeelden

Indien de gebruiker 14.00 uur en daarna 16.20 uur intikt, dan verschijnt er:

Verstreken tijd: 2 uur en 20 minuten.

Indien de gebruiker 12.00 uur en daarna 12.15 uur intikt, dan verschijnt er:

Verstreken tijd: 0 uur en 15 minuten.

Indien de gebruiker 23.50 uur en daarna 02.25 uur intikt, dan verschijnt er:

Verstreken tijd: 2 uur en 35 minuten.