De gebruiker voert een getal in. Afhankelijk of het getal even of oneven is, komt volgende boodschap op het scherm:
Het getal … is een (on)even getal.

Invoer

Een natuurijk getal.

Uitvoer

Het getal is even of oneven.

Voorbeeld

Invoer:

Geef jouw getal op: 5

Uitvoer:

Het getal 5 is oneven.

Invoer:

Geef jouw getal op: 16

Uitvoer:

Het getal 16 is even.