Schrijf een programma dat, op basis van jouw scores voor dagelijks werk en voor het examen, de totaalscore voor een vak berekent. Het programma geeft vervolgens de feedback weer Je bent geslaagd met 90 %.
of Je bent niet geslaagd.
.
Als invoer worden twee kommagetallen tussen 0 en 100 gevraagd (de scores voor dagelijks werk en voor het examen), in deze volgorde. Het programma berekent vervolgens de totaalscore op 100: dagelijks werk telt mee voor 30 punten van de 100 en het examen voor 70 punten van de 100. Op basis hiervan drukt het programma een korte commentaar af.
Invoer
35
60
Uitvoer
Je bent geslaagd met 52.5 %.
Invoer
45
30
Uitvoer
Je bent niet geslaagd.