We gebruiken de gegevens van hetzelfde onderzoek1 dat wetenschapper Willerman voerde in 1991.
In de uiteindelijke dataframe vind je heel wat informatie, via head(data)
bekomt men bijvoorbeeld als voorsmaakje:
geslacht FSIQ VIQ PIQ massa lengte MRI
1 Female 133 132 124 53.52390 163.830 816932
2 Male 140 150 124 NA 184.150 1001121
3 Male 139 123 150 64.86371 186.182 1038437
4 Male 133 129 128 78.01789 174.752 965353
5 Female 137 132 134 66.67808 165.100 951545
6 Female 99 90 110 66.22449 175.260 928799
De kolom FSIQ
is de volledige uitslag van de ‘Wechsler Adult Intelligence Scale’, VIQ
staat voor het verbale IQ (het denken in woorden en het verbale geheugen) en PIQ
voor het performaal IQ (hoe groot het handelend vermogen is, dit bevat ook de fijne motoriek).
De kolom MRI
bevat het totale aantal pixels van de hersenen dat men heeft geteld op de MRI scans en is dus een maat voor de grootte van de hersenen. De andere kolommen spreken voor zich.
Je kan onderzoeken in welke mate het aantal pixels hersenen (data$MRI
) het verbaal IQ voorspelt. Een spreidingsdiagram krijg je bijvoorbeeld via de volgende code:
plot(data$VIQ~data$MRI,
ylab = "Verbaal IQ",
xlab = "aantal pixels hersenen (MRI)",
main = "Verbaal IQ versus MRI scan",
pch = 19)
Het argument pch = 19
(komt van plot characters) zorgt voor andere markeringen. Dit kan van 1 tot 25 varieren.
Nog duidelijker wordt het indien een regressierechte (best passende rechte) wordt toegevoegd. Dit kan met het commando abline()
, waarme je aangeeft wat constante (a) en de rico (b) is. Het commando lm(data$MRI~data$VIQ)
bepaalt automatisch de constante en de rico.
plot(data$VIQ~data$MRI,
ylab = "Verbaal IQ",
xlab = "aantal pixels hersenen (MRI)",
main = "Verbaal IQ versus MRI scan",
pch = 19)
abline(lm(data$VIQ~data$MRI),
col = "red")
Maak nu een spreidingsdiagram waarbij je enkel de gegevens van de vrouwelijke deelneemsters in een grafiek uitzet.
Maak eerst een booleaanse vector vrouwen
waarin je opslaat welke proefpersonen van het geslacht Female
waren.
Gebruik deze booleaanse vector om de vorige instructies aan te passen zodat je het spreidingsdiagram van enkel de vrouwelijke proefpersonen krijgt. Voorzie de nodige labels en besteed ook aandacht aan het bereik van de assen indien nodig!