Maak een programma dat de discriminant berekent van een tweedegraadsfunctie. De gebruiker van het programma geeft de a, b en c in van het voorschrift 𝑓(𝑥) = 𝑎𝑥² + 𝑏𝑥 + 𝑐. Het programma zegt wat de discriminant is en wat de nulwaarden zijn.
Invoer
-2
3
4
Uitvoer
De discriminant is 41. De nulwaarden zijn 2.35 en -0.85.
Invoer
6
5
2
Uitvoer
De discriminant is -23. Er zijn geen nulwaarden
Invoer
2
4
2
Uitvoer
De discriminant is 0. De nulwaarde is -1.