De faculteit van een getal wordt gedefinieerd als met de bijkomende afspraak dat
Invoer
De eerste regel van de invoer bevat een getal dat aangeeft hoeveel testgevallen er zijn. Daarna volgt voor elk van de testgevallen een regel die een natuurlijk getal bevat.
Uitvoer
Schrijf voor elk testgeval de faculteit van het gegeven getal op een afzonderlijke regel. Als schrijf je in plaats daarvan de regel "invoer te groot" naar de uitvoer.