In het spelletje “4-op-één-rij” steken twee spelers afwisselend een ronde schijf in een rekje met 6 rijen en 7 kolommen. De ene speler steekt gele schrijven in het rekje, de andere rode schijven.
Opgave
Schrijf een programma dat je dit spelletje op je computer laat spelen.
- Maak een 2D lijst aan met 6 rijen en 7 kolommen gevuld met “.” en print deze 2D-lijst als een matrix op het scherm. De kolommen zijn genummerd van 1 tot 7 (van links naar rechts) (zie voorbeeld).
- Vraag de 2 spelers om de beurt in welke kolom ze hun schijfje willen laten vallen.
- Vul de 2D-lijst op met de schijfjes van onder naar boven en print de matrix af na iedere worp
- Als één van de spelers “0” ingeeft, eindigt het spel en wordt de zin “Bedankt om “4-op-één-rij” te spelen, tot ziens!” afgedrukt
- Als de speler een kolom kiest die al volledig gevuld is, dan print je “Deze kolom is reeds gevuld! Kies een andere kolom.” en laat deze speler een nieuwe input doen.
Zie het voorbeeld beneden.
Tips
- Combineer een oneindige lus met “break” om het spel te eindigen bij invoering van “0”
- Gebruik de for-lus en range() met 3 argumenten om de 2D-list op te vullen van onder naar boven in combinatie met “break”
Voorbeeld
1 2 3 4 5 6 7
. . . . . . .
. . . . . . .
. . . . . . .
. . . . . . .
. . . . . . .
. . . . . . .
Speler 1: 'o' -> kolom (1 - 7) - (0 om te stoppen): 2
1 2 3 4 5 6 7
. . . . . . .
. . . . . . .
. . . . . . .
. . . . . . .
. . . . . . .
. o . . . . .
Speler 2: '*'-> kolom (1 - 7) - (0 om te stoppen): 3
1 2 3 4 5 6 7
. . . . . . .
. . . . . . .
. . . . . . .
. . . . . . .
. . . . . . .
. o * . . . .
Speler 1: 'o' -> kolom (1 - 7) - (0 om te stoppen): 3
1 2 3 4 5 6 7
. . . . . . .
. . . . . . .
. . . . . . .
. . . . . . .
. . o . . . .
. o * . . . .
Speler 2: '*'-> kolom (1 - 7) - (0 om te stoppen): 0
Bedankt om "4-op-één-rij" te spelen, tot ziens!