Elk cijfer in een getal kan afzonderlijk aangeduid worden (zie figuur).
Schrijf een programma dat van een natuurlijk getal (groter dan of gelijk aan 10) de laatste 2 cijfers op het scherm afdrukt. (zie voorbeelden)
De laatste 2 cijfers –> het tiental en de éénheid.
Het programma …
Een getal x ∈ N.
Een getal dat bestaat uit 2 cijfers.
Het gezochte getal komt overeen met de laatste 2 cijfers van het ingevoerde getal.
Opgelet
Het volstaat 4 te laten verschijnen als het voorlaatste cijfer een 0 is (dus NIET 04)! (zie voorbeeld 2)
Invoer
793257
Uitvoer
57
Invoer
98712743504
Uitvoer
4