Een IPv4-adres (Internet Protocol, versie 4, gebruikt voor de unieke identificatie van een computer op het Internet) wordt via 32 bits gespecificeerd, maar wordt typisch genoteerd in een meer leesbare vorm. Hiertoe worden de 32 bits opgesplist in vier blokjes van elk 8 bit, waarbij elk blokje genoteerd wordt als een positief getal (tussen 0 en 255, grenzen inbegrepen). Het Internetadres wordt dan genoteerd via deze 4 getallen, door punten gescheiden, bij voorbeeld : 157.193.200.1. Het is de bedoeling om in deze oefening een klasse InternetAdres te construeren, waarbij elk object zo een InternetAdres voorstelt.
Programmeer:

IPv4-klassen

IP-adressen : klassenn/div>

Voorbeeld

adres = InternetAdres(157, 193, 200, 1)
adres.adres  			# [157, 193, 200, 1]
adres.klasse            # 'B'