Je hebt geleerd dat je met een f-string de variabele bedrag met de opgeslagen waarde van 12.758 kan afronden voordat je het gebruikt om van de string "Je moet €{bedrag:.2f} betalen." de ingevulde string "Je moet €12.76 betalen." te maken.

In deze opdracht gebruik je hetzelfde principe op andere variabelen en zinnen.



Opdracht

Maak een variabele zin aan die het cijfer 7.846 van de variabele cijfer invult in de zin Je hebt een 7.8/10 gehaald voor je toets..

Denk goed na over wat je aan de f-string moet veranderen zodat het getal wordt afgerond op 1 decimaal in plaats van 2.