Maak een console-applicatie waarbij de gebruiker de resultaten op een toets ingeeft. De gebruiker kan enkel gehele getallen ingeven. De applicatie moet de cijfers omzetten naar letters:
| Cijfer | Letter |
|---|---|
| 10 | A+ |
| 9 | A |
| 8 | B |
| 7 | B |
| 6 | C |
| 5 | E |
| 4 | F |
| 3 | F |
| 2 | F |
| 1 | F |
| 0 | F |
Indien de gebruiker geen getal ingeeft tussen 0 en 10 moet de applicatie een foutmelding geven: Geen geldig cijfer.
SWITCH
Je werkt deze oefening uit met behulp van een switch-statement1.
Geef het resultaat in cijfers: (0-10)
[invoer gebruiker]
//correcte output afhankelijk van het cijfer.