Dit is een vervolg op de vorige oefening 3+1 gratis (deel1)

Als je meer dan vier producten nodig hebt, kan je meer voordeel doen als je verschillende keren langs de kassa passeert. Je rangschikt de producten van het duurste naar het goedkoopste product, en je passeert de kassa met telkens vier producten: de eerste keer met de vier duurste producten (waarvan de goedkoopste gratis is), een tweede keer met de volgende vier duurste producten, enzoverder. Als het totaal aantal aangekochte producten geen veelvoud is van vier, dan zal je de laatste keer minder dan vier producten aankopen, en daarbij dus geen product gratis krijgen.

Opgave

Schrijf twee functies, die telkens een lijst met floating point getallen als enige parameter hebben. Deze getallen stellen de prijzen van de aangekochte producten voor.

Voorbeeld

>>> prijzen = [3.23, 5.32, 8.23, 2.23, 9.98, 7.43, 6.43, 8.23, 4.23]
>>> groeperen(prijzen)
[(9.98, 8.23, 8.23, 7.43), (6.43, 5.32, 4.23, 3.23), (2.23,)]
>>> gegroepeerd(prijzen)
44.65