Schrijf een programma dat naar de zijde (in cm) van een vierkant vraagt. Het programma berekent vervolgens de omtrek en de oppervlakte van het vierkant. Print de omtrek (in cm) en oppervlakte (in cm2) naar het scherm (zie voorbeeld).
Geef betekenisvolle namen aan je variabelen en stel een goede vraagzin zodat het voor de gebruiker van je programma duidelijk is wat hij moet ingeven. Let ook op de Nederlandse spellingsregels (Een vraagzin begint met een hoofdletter en eindigt met : of ? gevolgd door een spatie!).
5
20 cm
25 cm2