In deze oefening werken we telkens met een lijst met gehele getallen.
verschil
Schrijf een functie verschil met één argument: een lijst met gehele getallen
De functie geeft het verschil tussen het grootste en het kleinste getal in de lijst. Als de lijst leeg is wordt het getal 0 geretourneerd.
groot_naar_klein
Schrijf een functie groot_naar_klein met één argument: een lijst met gehele getallen
De functie geeft de lijst terug, gesorteerd van groot naar klein.
getal_verwijderen
Schrijf een functie getal_verwijderen met twee argumenten: i) een lijst met gehele getallen en ii) een geheel getal
De functie retourneert een lijst waar alle voorkomens van het opgegeven getal verwijderd worden.
bovengemiddeld
Schrijf een functie bovengemiddeld met één argument: een lijst met getallen.
De functie retourneert een lijst waarin enkel de getallen opgenomen zijn die boven het gemiddelde liggen van de oorspronkelijke lijst.
>>> verschil([7, 8, 10, 8, 6, 9, 5, 8, 10, 7]) 5 >>> groot_naar_klein([7, 7, 8, 10]) [10, 8, 7, 7] >>> getal_verwijderen([7, 7, 8, 9, 8, 7], 7) [8, 9, 8] >>> bovengemiddeld([0, 0, 4, 6, 2, 8, 6, 1, 6]) [4, 6, 8, 6, 6]