Het is belangrijk om te begrijpen hoe verschillende radioactieve stoffen, zelfs bij dezelfde massa, verschillende activiteitsniveaus kunnen hebben.
👀 Voorbeeld - Verschillende activiteitsniveaus
Dit kan van cruciaal belang zijn in tal van toepassingen, zoals:
- Nucleaire energie: Het begrijpen van de activiteit helpt bij het beheer van nucleaire reactors en de veiligheid ervan.
- Milieu: Bij het monitoren van radioactieve stoffen in het milieu is het essentieel om te weten welke stoffen de hoogste activiteit hebben, zodat de juiste maatregelen kunnen worden genomen.
- Afvalbeheer: Het correct identificeren van de meest actieve stoffen helpt bij het veilig opslaan en verwerken van radioactief afval.
Met de functie massa_naar_activiteit()
kunnen we de activiteit van verschillende stoffen vergelijken.
💻 Programmeeroefening - Wie heeft de grootste activiteit
Radioactieve stoffen kunnen verschillende activiteiten hebben, afhankelijk van hun massa, halveringstijd en atoommassa. In deze oefening gaan we uitzoeken welke van drie stoffen de grootste activiteit heeft, wanneer we van elk 1 kilogram hebben.
We onderzoeken de activiteit van 1 kilogram van de volgende stoffen:
- cesium-131 (molaire massa is 131 g/mol, halveringstijd is 9,7 dagen)
- jodium-125 (molaire massa is 125 g/mol, halveringstijd is 60 dagen)
- radon-222 (molaire massa is 222 g/mol, halveringstijd is 3,8 dagen)
Stap 1: Functie kopiëren
Kopieer de functie
massa_naar_activiteit(m, M, T_half)
uit de vorige oefening en plak deze hieronder. Deze functie berekent de activiteit van een stof op basis van de massa in kilogram, de molaire massa in gram/mol en de halveringstijd in seconden.Stap 2: Activiteit berekenen
Gebruik deze functie om de activiteit van 1 kg cesium-131, 1 kg jodium-125 en 1 kg radon-222 te berekenen. Dit doe je door de waarden voor de massa (1 kg), molaire massa (in gram/mol) en halveringstijd (in seconden) als parameters in te voeren:
- De halveringstijd van cesium-131 is 9,7 dagen. Dat moet je omrekenen naar seconden.
- De halveringstijd van jodium-125 is 60 dagen. Ook deze moet je naar seconden omrekenen.
- De halveringstijd van radon-222 is 3,8 dagen. Bereken ook deze waarde in seconden.
Houd de berekende activiteiten voor elk van deze stoffen bij in een variabele, bijvoorbeeld
A_cesium
,A_jodium
enA_radon
.Stap 3: Vergelijk de activiteiten
Gebruik een conditionele structuur (
if-elif-else
) om te bepalen welke van de drie stoffen de grootste activiteit heeft. Dit doe je door de waarden vanA_cesium
,A_jodium
enA_radon
met elkaar te vergelijken.Stap 4: Print de naam van de stof met de grootste activiteit
Als de activiteit van cesium-131 het grootst is, print dan
"cesium-131"
. Als de activiteit van jodium-125 het grootst is, print"jodium-125"
. Als radon-222 de grootste activiteit heeft, print"radon-222"
. Zorg ervoor dat je alleen de volledige naam van de stof print, niet de waarde van de activiteit.
Tip
Denk eraan dat de halveringstijd in seconden ingevoerd moet worden en dat 1 dag gelijk is aan 86400 seconden.
💡 Wist je dat…
De molaire massas van stoffen geen toeval zijn? Avogadro heeft zijn constante speciaal zo gekozen, dat het aantal gram per mol nagenoeg overeenkomt met het massagetal van het atoom!