Hieronder wordt een samenvattende tabel weergegeven van de variabelen in de dataset interest1
. Voor de variabelen van interesse, namelijk Orde en genoomgrootte (C.value). Voor een categorische variabele kiezen we voor table()
, bij een continue variabele houdt zo’n tabel geen steek en opteren we voor range()
.
Op basis van de frequentietabel zien we bijvoorbeeld dat er meer dan dubbel zoveel waarnemingen zijn van de primaten in vergelijking met de carnivoren en de evenhoevigen.
summary(interest1)
interest1 %>% count(Order) # categorische variabele
range(interest1$C.value) # continue variabele
#> Common.Name C.value Order
#> Length:216 Min. :1.940 Primates :119
#> Class :character 1st Qu.:3.085 Carnivora : 43
#> Mode :character Median :3.430 Artiodactyla: 54
#> Mean :3.423
#> 3rd Qu.:3.685
#> Max. :5.260
#> Primates Carnivora Artiodactyla
#> 119 43 54
#> [1] 1.94 5.26