Schrijf een programma dat een natuurlijk getal vraagt en vervolgens een āNā op het scherm weergeeft. De hoogte van de āNā komt overeen met het getal dat werd ingegeven. Je mag ervan uitgaan dat de gebruiker een getal groter dan 3 ingeeft.
Geeft de gebruiker 4
in, dan verschijnt er:
X X
XX X
X XX
X X
Geeft de gebruiker 6
in, dan verschijnt er:
X X
XX X
X X X
X X X
X XX
X X