Gegeven de lengten $$a$$ en $$b$$ van de rechthoekszijden van een rechthoekige driehoek, bereken de lengte $$c$$ van de schuine zijde. Herinner je je hiervoor nog een zekere Pythagoras en diens beroemde stelling: $$a^2 + b^2 = c^2$$?

Invoer

Twee reƫle getallen, elk op een afzonderlijke regel, die de lengte van de rechthoekszijden van een rechthoekige driehoek voorstellen.

Uitvoer

De lengte van de schuine zijde van de rechthoekige driehoek.

Voorbeeld

Invoer:

1234.4321
666.666

Uitvoer:

1402.94909568