Vraag 3: Het lineair model

Het is mogelijk dat het verband tussen de substraatconcentratie en de reactiesnelheid verandert naar gelang de staat van het enzyme (onbehandeld of met puromycine behandeld). Er is dus mogelijks een interactie tussen de behandeling en de substraatconcentratie.

We zullen daarom een model met hoofdeffecten voor behandeling en log10 -substraatconcentratie en een behandeling x log10-substraatconcentratie interactie.

\[Y_i = \beta_0 + \beta_c x_c+ \beta_s x_s +\beta_{c:s}x_{c}x_{s} + \epsilon_i\]

met

Let op, we schrijven de substraat concentratie met een kleine letter omdat de predictor niet random is. De onderzoekers hebben de substraat concentraties gekozen tijdens het ontwerpen van het experiment en is dus geen random variable.

Het model impliceert twee verschillende regressiemodellen

\[Y_i = (\beta_0 + \beta_s) + (\beta_c+\beta_{c:s}) x_c + \epsilon\]

Dus het hoofdeffect voor behandeling heeft de interpretatie als de verandering in intercept tussen behandelde en niet behandelde samples. De interactie term heeft de interpretatie van de verandering in helling tussen behandelde en niet behandelde samples.

Fit het correcte lineair model en sla dit op in mod1.