Je hebt gezien dat de functie van de invoer een tekst maakt. Je gaat die functie hier toepassen op verschillende invoeren.



Opdracht

  1. Maak een variabele a aan die een geheel getal (integer) opslaat met een waarde die je zelf goed moet kiezen (zie stap 2).
  2. Maak een variabele b aan die de waarde van a omgezet naar een tekst (string) opslaat. Zorg dat de waarde van b uitkomt op "10". Kies de waarde van a dus correct.