Conclusie

Er is een extreem significant effect van het type gif en de behandeling op de snelheid van sterven bij ratten (p << 0.001).

De interactie tussen gif en behandeling is niet significant (p = 0.387).

De snelheid van sterven is gemiddeld 0.2h\(^{-1}\) en 0.15h\(^{-1}\) hoger voor ratten die blootgesteld worden aan gif III dan aan respectievelijk gif I en II (beide p << 0.001, 95% BI III-I: [0.15, 0.25]h\(^{-1}\), 95% BI III-II: [0.1, 0.2]h\(^{-1}\)) De gemiddelde snelheid van sterven was niet significant verschillend tussen ratten die werden blootgesteld aan gif I en gif II (p=0.074).

De snelheid van sterven is gemiddeld 0.17h\(^{-1}\) en 0.14h\(^{-1}\) hoger na behandeling A dan na behandeling B en D (p << 0.001, 95% BI B-A: [-0.22, -0.11]h\(^{-1}\), 95% BI D-A: [-0.19, -0.08]h\(^{-1}\)). De snelheid van sterven is gemiddeld 0.11h\(^{-1}\) en 0.08h\(^{-1}\) hoger na behandeling C dan respectievelijk na behandeling B en D (C-B: p << 0.001, 95% CI [0.05, 0.17]h\(^{-1}\) , D-C: p = 0.003, 95% CI [-0.14, -0.02]h\(^{-1}\)). De gemiddelde snelheid van sterven is niet significant verschillend tussen ratten behandeld met behandeling C vs A, en D vs B (p- waarden respectievelijk p = 0.051 en p = 0.61).

Alle p-waarden werden gecorrigeerd voor meervoudig testen.