Schrijf een programma dat de hoek tussen twee vectoren berekent en uitschrijft in radialen en graden. De resultaten worden uitgeschreven met twee cijfers na de komma.

Voorbeelden

Invoer:

Geef vector: 1 1
Geef vector: -3 0

Uitvoer:

De hoek tussen de twee vectoren is 2,36 radialen.
De hoek tussen de twee vectoren is 135,00 graden.

Invoer:

Geef vector: 0 1
Geef vector: 1 2

Uitvoer:

De hoek tussen de twee vectoren is 0,46 radialen.
De hoek tussen de twee vectoren is 26,57 graden.

Merk op: de coördinaten worden op één regel ingegeven. Lees de hele regel in met ReadLine, en splits daarna op de spatie (gebruik de juiste methode, zoek op in de API die je ter beschikking hebt).